Liese Kingma maakt deel uit van het Black Rabbit Collective. Een initiatief dat het braakliggend terrein naast Station Lelylaan gaat omtoveren tot een creatieve zone. Dineren in een oude NS-trein? Creatieve ondernemingen in een zeecontainer? Het gaat gebeuren op de Arrival Place.

Hoe maak jij de stad?

Tijdens mijn stage bij de Urban Resort heb ik gezien dat er in Amsterdam onwijs veel leegstaande ruimtes zijn die veel kansen bieden aan creatievelingen. Tijdens een netwerkbijeenkomst heb ik vervolgens Pim Evers ontmoet, de eigenaar van onder andere Hannekes Boom en Urban Space Agency. Hij vertelde dat hij bezig was met een groot project bij Amsterdam Lelylaan en zo is het balletje gaan rollen. Met een groep culturele ondernemers uit zowel Amsterdam als Berlijn, die allemaal liefde hebben voor de steden waarin ze leven, is het Black Rabbit Collective van start gegaan. Samen wordt zo gewerkt aan het project dat uiteindelijk moet resulteren in de zogenaamde ‘Arrival Place’.

Met het Black Rabbit Collective gaan we het braakliggend terrein vormgeven door een 50-meter lange hondekoptrein te plaatsen. In deze oude NS-trein wordt in de ene coupé een restaurant gevestigd en in de andere coupé een bar. Op het buitenterrein worden 31 zeecontainers gebouwd, met elk drie verdiepingen.

Kunstenaars, ontwerpers en andere creatievelingen kunnen deze winkelruimtes gebruiken. Het wordt een dynamische ruimte waar opkomend talent zich kan etaleren. Bovenin de zeecontainers worden 16 woningen gebouwd, het is nog even spelen met wie de bewoners zullen zijn, maar het lijkt ons leuk als zij iets met het project te maken hebben. Op deze manier wordt er een soort klein dorp gecreëerd waarin kruisbestuivingen kunnen plaatsvinden.

Wel vinden we het erg belangrijk dat we een goede band opbouwen met de buurtbewoners. Wij als groep zien veel nieuwe, hippe plekken ontstaan en ook wijken in rap tempo veranderen. Maar we merken dat deze plekken vaak weinig doen om zich aan de omgeving aan te passen. Station Lelylaan wordt nu door velen een stedenbouwkundig verkeersongeluk genoemd. Op het station zelf is het niet eens mogelijk om een kopje koffie te halen.

Met dit project willen we de levendigheid in de buurt terugbrengen. Voedsel wordt hierbij een belangrijk aspect. Lokale koks mogen bij ons koken en op deze manier komen alle culturen uit de buurt bij elkaar. We willen vooral niet als een hipster enclave de wijk binnenvallen, maar juist de wijk bij het project betrekken.

Het idee is dat de bouw begint in maart en nog voor de zomer de deuren opengaan. Op het hele terrein kunnen er dan evenementen, festivals en foodmarkets worden georganiseerd.

Wat inspireert jou?

Het heen en weer reizen tussen Nederland en Berlijn. In Berlijn is er meer ruimte en een andere wetgeving. In Nederland zitten we compleet in een web van regeltjes. Het feit dat we dus het braakliggend terrein mogen gebruiken, is al heel bijzonder. Broedplaatsen als Agora Collective en Holzmarkt in Berlijn zie ik als inspiratieplekken. Omdat ze kennis delen en geven en experiment terugbrengen in de stad. Dat vind ik te gek. Een van onze teamleden komt uit Berlijn en hij wil het culturele netwerk tussen de twee steden versterken. We willen graag samenwerken met lokale artiesten. Dit kan een opbouw zijn van DJ’s, kunst en kennisuitwisseling.

Wat betekent Nieuw Nederland voor jou? 

Ik denk dat het heel belangrijk is om een platform te hebben waar je ziet wat er gebeurt in de stad. Er is namelijk bijna geen tijd meer in deze wereld om het zelf uit te zoeken. Het is een fijn om een overzicht te hebben van lokale initiatieven die je via een platform kan volgen. Overigens denk ik dat het zelfs internationaal kan worden doorgetrokken om landen met elkaar te verbinden.

Welke Stadmaker moeten wij nog meer interviewen?

Jaap Draaisma van Urban Resort vind ik erg inspirerend. Het fantastisch hoe hij de organisatie is opgestart. Urban Resort is de schakel tussen leegstaande werk- en kantoorruimtes en verbindt deze met creatievelingen. Hij betekent erg veel op het gebied van broedplaatsen in Amsterdam.