Hoe Javakwartier de toon zet voor een inclusieve straat
“Samen met het Tropenmuseum gaan we een food tour organiseren die de samenhang tussen migratie en de Amsterdamse eetcultuur laat zien.”
Najah Aouaki – Creatief producent, econoom, stadmaker en niet in de laatste plaats aanpakker – ontfermt zich sinds 2015 over haar favoriete stukje Amsterdam: de Javastraat. Met haar project Javakwartier zorgt ze ervoor dat de komst van de ‘nieuwe bewoners’ de lokale winkeliers niet fataal wordt. Daarbij haalt ze alles uit de kast: van nieuwe luifels en een strakke website voor de buurt tot het cross cultureel nadenken over verpakkingen.
Hoe ben je op het idee gekomen voor Javakwartier?
“Ik ben hier in 2011 komen wonen, toen de buurt nog niet in opkomst was. Je had wel de Coffee Company, restaurant Wilde Zwijnen en Studio/K, maar voor de rest was er nog niet veel op het gebied van horeca. In 2014 werden er in een korte tijd veel zaken geopend. De straat begon heel snel te veryuppen. Natuurlijk hartstikke leuk dat er nieuwe plekken kwamen waar je gezellig een kopje koffie kon drinken, maar ik was bang dat de Javastraat zijn identiteit zou verliezen. Ik wilde op zoek gaan naar een manier waarop de oorspronkelijke ondernemers zouden kunnen overleven in deze snel veranderende wijk. Daarom ben ik in 2015 in gesprek gegaan met het Stadsdeel met het idee om deze zaken een upgrade te geven. Gelukkig zagen ze daar ook dat de diversiteit verloren dreigde te gaan en hebben ze het project gehonoreerd.”
Wie bedoel je als je het hebt over de oorspronkelijke ondernemers?
“Daarmee bedoel ik de winkeliers die al heel lang zijn gevestigd in de straat en zoveel verschillende delen van de wereld vertegenwoordigen met hun assortiment. Je hebt op de Javastraat Turkse, Marokkaanse en Surinaamse winkels. Maar ook zaken die een Irakees-, Egyptisch- of Pakistaans assortiment hebben. Winkels die ook voor Nederlanders heel interessant kunnen zijn. Bij het Pakistaanse Saeed’s Curry House hebben ze een uitgebreid assortiment kleurrijke Pakistaanse gebakjes en binnenkort kun je er terecht voor mango shakes en limonade waar chiazaat in zit. Voor de meeste Hollanders is chiazaat exclusief, terwijl dat in Pakistan best een basic ingrediënt is. Bij de Turkse slagerij Lale Kasabi – door het Parool uitgeroepen tot buurtsuper van het jaar – vind je écht kwaliteitsvlees dat heel goed aansluit bij de Europese keuken. Tigris En Eufraat staat bekend om de lekkere falafel. Voor de meeste mensen zien deze winkels eruit als de zoveelste groenteboer, terwijl ze vaak juist een heel bijzonder assortiment hebben. Er komen mensen van buiten de buurt speciaal naar deze winkels om er hun boodschappen te doen.”
Hoe helpt Javakwartier ondernemers?
“Ik help ondernemers bij de presentatie van hun zaak. Zo worden er vanuit Javakwartier, in samenwerking met communicatiebureau Based on a true Story, nieuwe logo’s ontworpen. Ook maken we nieuwe luifels en helpen we met de indeling van de winkels. Daarnaast kijk ik nog naar een hoop andere zaken. Belangrijkste daarbij is in hoeverre men ook de nieuwe doelgroepen weet aan te spreken, aangezien zij om te kunnen overleven hun klantenbestand hiernaartoe moeten uitbreiden. Samen met de ondernemer wordt gekeken wat er moet gebeuren om zijn of haar aanbod hier beter op te laten aansluiten op een manier die rendabel is. Hoe functioneert het personeel? Wat zijn de bijzondere producten en hoe kunnen deze het beste worden uitgelicht? Ook wordt onderzocht hoe de bedrijfsvoering kan worden aangepast richting de behoefte van de klanten. En daarmee bedoel ik vooral de nieuwe klanten; mensen die hier in de afgelopen vijf jaar zijn gaan wonen, zoals studenten. Voor Saeed’s Curry House heb ik een stappenplan ontwikkeld zodat mensen hun eigen curry kunnen maken. Ik ben samen met Jonneke – oprichter van foodblog Mooncake – op bezoek geweest bij Saeed’s zus om drie verschillende curry gerechten te maken. Daar is uiteindelijk het stappenplan uit voortgevloeid dat in samenwerking met Jonneke zal worden gepromoot, samen met de rest van het bijzondere assortiment. Ook willen we er ervoor zorgen dat bepaalde producten prefab zijn. Mensen hebben tegenwoordig weinig tijd. Uiteindelijk wil ik nog een stap verder gaan, door te kijken naar design taal. Ook dit is cultuurgebonden. Wij denken bij de kleur blauw aan Spa Blauw of melk, terwijl associaties in andere culturen compleet anders kunnen zijn. Ook verpakkingen zijn een kunstproject op zich; in Pakistan staan er bijvoorbeeld soms celebrities op rijstpakken.”
Voor welke ondernemers is Javakwartier er?
“Het was voor mij belangrijk dat het geen welzijnsproject zou worden. Ondernemers moeten zelf inzien dat ze iets anders moeten doen om te profiteren van de nieuwe doelgroepen – groepen die doorgaans meer te besteden hebben. Een groot deel van de oorspronkelijke klandizie van de ondernemers woont hier niet meer. Deze winkeliers moeten een nieuwe balans gaan vinden. Ik heb zelf een selectie gemaakt van bedrijven die in aanmerking zouden kunnen komen voor het project. Hoe bijzonder is het aanbod? Staat de ondernemer open voor vernieuwing? Is hij of zij echt bereid om de stap te maken naar een vernieuwd concept? Ik heb mezelf dit soort vragen gesteld bij het selecteren van de eerste ondernemers.”
Welke rol vervult de website van Javakwartier?
“De website heeft als hoger doel om het winkelen op lokaal niveau te stimuleren. Ook kom je erachter welke mensen de Javastraat zo bijzonder maken. We hebben inmiddels twintig profielen van ondernemers uitgeschreven. Fotograaf Pavel Ananich heeft deze mensen geportretteerd en tekstschrijver Anne van der Klift heeft hun verhaal verwoord. Maarten Tromp heeft in navolging op een eerder gemaakt fotoboek over de Indische buurt een nieuwe serie gemaakt over haar inwoners. Via ons blog vertellen we wat er voor de rest allemaal in de buurt te doen is op het gebied van food. Ook gaan we via dit kanaal recepten delen, zo kunnen we mensen ook triggeren om lokale producten te kopen.”
Hoe ziet de toekomst van Javakwartier eruit?
“Met Javakwartier hebben we nu een platform gecreëerd. Maar het blijft een work in progress. Nu moet alles bij elkaar gaan komen. Dat moet gebeuren doordat de ondernemers in de Javastraat winkels krijgen die beter passen bij het publiek van nu en door onze website die het mogelijk maakt om de straat echt te ontdekken. Daarnaast heb ik nog veel plannen met het Javakwartier. Zo gaan we een food tour organiseren in samenwerking met het Tropenmuseum die de samenhang van migratie met de Amsterdamse eetcultuur onderstreept. Ik wil gaan onderzoeken of we de Javabox kunnen introduceren: een food box gevuld met producten uit de straat. Maar ook wil ik kijken hoe we de vele Airbnb’ers die neerstrijken in de Javabuurt, kunnen enthousiasmeren om te winkelen bij de meer authentieke winkels in de Javastraat en niet alleen bij de Albert Heijn. Mijn doel is om een inclusieve stad te creëren. Amsterdam is heel mooi en op veel punten gaat het heel goed. Maar we moeten er wel voor zorgen dat de stad voor ons allemaal blijft.”
Benieuwd naar Javakwartier? Check hier de site!