Creativiteit ontstaat organisch in Buurtwerkplaats Noorderhof
“Op een verjaardagsfeestje is de meest interessante plek de keuken, daar is het leuk. Als je naar school gaat, leer je het meest op het schoolplein tijdens de pauzes. Ik denk dat hetzelfde geldt voor een stad: die wordt gemaakt in gekke plekken als deze, de kleinschalige plekken”
Dit interview door Leonie Coppes en Rachel Carle verscheen eerder in het engels op de website van New Europe – Cities in Transition. Dit is een vertaling.
Tobias Krasenberg runt samen met Peik Suyling en Sander Borsje de Buurtwerkplaats Noorderhof, een sociaal-design buurtinitiatief in Nieuw-West. Alledrie hebben zij ook nog een eigen bedrijf in de ontwerpwereld. Ze staan open voor alles: van workshops in lassen tot een start-up bakker, zolang de handen maar uit de mouwen gestoken worden en er iets wordt gemaakt.
Hoe is dit initiatief ontstaan?
Voor mijzelf en mijn twee collega’s kwam er een moment in onze loopbaan dat we op zoek gingen naar een nieuwe locatie. We fantaseerden al langer over een echte workshop: een geschikte plaats voor ons om te werken, maar waar we zeker ook mensen konden uitnodigen om met ons mee te doen. We hadden eerder in deze buurt projecten gedaan rondom het thema ‘thuisgevoel’ en ook bij het ontwerpen en bouwen van een mobiele natuurspeelplaats zochten we meteen het contact. Er was een echte klik met de mensen in deze buurt, dus zeiden we al snel tegen elkaar: ‘Oké, laten we gewoon heel klein beginnen en samen met de buurt iets vanaf de grond opbouwen’.
Je zag de hele omgeving en sfeer hier veranderen. De gemeente ontving veel minder klachten en de politie hoeft niet meer zo veel aanwezig te zijn. Een paar bewoners begonnen hier bijvoorbeeld met koken, nu hebben die hun eigen visitekaartje. Ze zijn een kleine catering service begonnen. Het is niet iets dat we per se van tevoren besloten hadden, maar de atmosfeer en sociale context die we gecreëerd hebben, maken het mogelijk mensen te inspireren om zoiets te doen. Inmiddels zijn we verhuist naar het terrein van het Sloterparkbad, een paar honderd meter verderop, en hopen we meer van dit soort initiatieven mede te ontwikkelen.
Hoe werk je samen met de stad en gemeente?
We werken met een onderzoeksproject samen dat zich specifiek richt op stadsontwikkeling. We hebben een aantal symposia georganiseerd, momenten om mensen samen te brengen: mensen van de gemeente, mensen met expertise vanuit vergelijkbare projecten, maar zeker ook mensen uit de buurt en mensen die ook zoiets willen opzetten. Het is voor ons zeer interessant om te zien dat mensen uit totaal verschillende invalshoeken en beroepen, opeens beginnen na te denken over de vraag hoe de stad ontwikkelt. Daarbij komt ook de vraag welke waarde je wilt creëren – gaat het alleen om geld? Investeer je in levendigheid en ondernemerschap in de buurt omdat je de huizen duurder wilt krijgen? Of doe je het omdat je waarde wilt creëren voor de gemeenschap, een samenleving waarin mensen elkaar meer ontmoeten en meer met elkaar delen?
De gemeente zou meer moeten kijken naar de rol die projecten als dit vervullen in een buurt. Ze moeten zich hiervan bewust zijn en het serieus nemen. Daarbij komt dat ik graag zou op een open manier met ze zou samenwerken, zonder al te veel politiek. Als je de echte waarde van projecten als de onze wilt zien, zul je het toch echt van dichtbij moeten ervaren.
Wat is jullie relatie met de buurt?
Mensen die hier voor het eerst komen lijken zich af te vragen waar ze beland zijn. Ze kijken om zich heen en zien vooral een berg rommel en dat is het dan. Maar doorgaans, als ze hier dan een dag hebben doorgebracht, zie je daadwerkelijk het moment waarop ze het gaan begrijpen. Dat moment is altijd erg leuk. Het gebeurt vaak wanneer een vaste bezoeker of wij als kwartiermakers ze aan de slag zetten: “kun je even helpen tillen?”, en ze zitten er middenin.
We willen niet zo zeer nadenken over leuke dingen om te doen voor de mensen, we willen dit juist met hen samen bedenken. Na een drukke periode met evenementen en cursussen, doen we bewust even niks. Wel zijn we dan nog steeds open, want mensen gaan zich vervelen en vragen: ‘maar wat gaan we nu doen?’. Vervolgens komen ze zelf met ideeën en gaan we daarmee aan de slag. Op sommige zaterdagen staat de tafel vol met zelfgebakken taarten of gereedschap die mensen meebrengen omdat ze iets willen bijdragen. Als de koffie op is, zegt vanzelf iemand: ‘Oh, ik heb nog wel koffie thuis’. Dit is een vorm van economie geworden waarbij geld heel vaak helemaal niet komt kijken.
Omdat iedereen in de buurt al zo vertrouwd is met deze plek, nemen ze inmiddels een andere rol aan. Ze leiden workshops, geven ze zelf, maken de programma’s, maar houden ook de deur geopend als wij er niet zijn. Veel buurtbewoners hebben een sleutel. Als iemand hier wilt werken en er niet in kan, is er altijd wel iemand anders waar even een sleutel gehaald kan worden. Zo denken we samen met elkaar na over de toekomst van de werkplaats, de buurt en geven we vorm aan de samenleving.