Tijdens de avond over Buurtcommunities #19 ‘Stadsbewoners spelen de hoofdrol’ ontmoetten internationale community theatergroepen elkaar eind december in Pakhuis De Zwijger. De theatergroepen gingen met elkaar in gesprek als onderdeel van het internationale ExploreZ Festival: wat is de toekomst van community art? ZID-directeur en ExploreZ-organisator Karolina Spaic vertelt over haar dilemma’s rond het community theater.
Karolina Spaic is een theatermaakster met een Servische achtergrond. Ze kwam eind jaren tachtig in Nederland waar ze studeerde aan de internationale theaterschool van HKU in Utrecht. In de jaren negentig studeerde ze theaterantropologie bij het Deense International School of Theatre Anthropology en het Odin Teatret. Sinds 1992 ontwikkelt ze met ZID een theatervorm waarin ze drama verbindt met menselijke en maatschappelijke thema’s.
ZID Theater doet dat op drie niveaus, vertelt Spaic. ‘We geven workshops op allerlei plekken, dat is niveau 1. De community is voor ons vaak een vertrekpunt om dingen mee te doen, workshops in buurtcentra, verzorgingshuizen, festivals. Community building klinkt popiejopie, maar daar gaat het wel om. Dat doen we met ons spel de VerhalenVanger, waarin iedereen over levensthema’s als liefde, familie, vriendschap en wereld met elkaar kan praten.’‘Op de Balkan betekent het woord ZID ‘de muur’. Voor ZID Theater staat het voor het doorbreken, slechten van muren tussen mensen door middel van theater.
‘Als je meer wil dan kun je bij ons een training volgen tot Cultuurgids, die duurt tien weken en dat is niveau 2. Dan leer je wat je wilt krachtiger neer te zetten. We kunnen je dan helpen te verbinden met plekken in de buurt, bijvoorbeeld poëzieavonden organiseren of een cursus creatief koken opzetten. Deelnemers nemen vaak hun achterban ook mee en zo krijgen we inzicht in wat er in een buurt allemaal speelt. Op niveau 3 maken we producties met buurtacteurs, die een jaar lang trainen voor een productie. Zo hebben we vorig jaar een programma gemaakt over de liefde (‘Liefde Nu!’) en dan horen we eerst alle verhalen die mensen vertellen. En met een groep die echt commitment toont, gaan we de productie dan maken.’
Tijdens ‘Stadsbewoners spelen de hoofdrol’ (Buurtcommunities #19) stond de rol van de kunst in de maatschappelijke dynamiek centraal, legt Spaic uit. ‘De potentie van kunst is veel groter dan het klassieke kader van de community art. Je kunt je op allerlei manieren voor de community inzetten, maar dat is niet het enige doel. Wij krijgen bijvoorbeeld veel vragen om theater te maken met vluchtelingen, maar hoe kun je daarbij het verschil maken? Hoe kan ik ze ergens aan verbinden? Stel dat ik tien keer een empowermenttraining aan vluchtelingen geef, wat gaan ze daarna dan doen? Je haalt mensen uit hun comfortzone. Je leert ze nieuwe vaardigheden. Vervolgens zitten ze misschien thuis op de bank. Dat is toch raar?’
Bij het ZID Theater gaat het naast community building ook om persoonlijke ontwikkeling en empowerment. ‘Mensen leren dat ze ook een theaterrol kunnen spelen. Dan denken ze: ik kan ook theater maken, maar wat kan ik daar verder mee doen? Het imago van community theater is dat je bepaalde groepen helpt, om met hun problematiek naar buiten te treden. Wij zijn breder: we hebben hele gemengde groepen op verschillende niveaus. We maken theater met een brugfunctie tussen kunst en maatschappij. Deelnemers zijn mede-eigenaar van de voorstellingen. Spelers en publiek zijn op elkaar betrokken. Zo hadden we onlangs een groep Marokkaanse jongeren die opgewonden op elkaar reageerden over volbloed of halfbloed zijn. De jongeren hebben het eigenlijk over de vraag: “Wie ben ik? Moet ik een Marokkaanse Nederlander zijn of mag ik mezelf zijn?”’
Het Amsterdamse Fonds voor de Kunst wil ZID-theater niet financieren omdat het om een maatschappelijke kunstvorm zou gaan. ‘De trend is nu dat professionele theatergroepen zich maatschappelijk moeten inzetten, om nog subsidie te krijgen theater in de wijk zouden moeten maken. Alleen, wij broeden daar al jaren op en weten precies hoe je dat moet aanpakken. Wij worden dan weer niet erkend als kunstvorm, omdat wij louter maatschappelijk zouden zijn.’
Andere partijen steunen het ZID Theater wel met langer lopende programma’s, zoals het Oranje Fonds, met het Groeiprogramma waaraan ZID drie jaar deelnam. ‘Daar is de training Cultuurgidsen uit voortgekomen, waarna de ontwikkeling van deelnemers ook wordt gevolgd. Of ze een baan vinden of vrijwilligerswerk gaan doen. Dan blijkt dat de impact heel groot is.’ Ook is ZID een van de vijf dragende partners in het Europese programma Caravan Next-Art Moving Cities. ‘Dat gaat over de betrokkenheid van de burgers in de kunst. Doel is om ze zodanig te betrekken dat ze mede-eigenaar zijn van de kunstuitingen. De problemen in Europese steden zijn vaak vergelijkbaar, zoals Turijn dat qua problematiek heel erg op Amsterdam lijkt.’
‘In Turijn wisten we precies hoe we wijkbewoners met elkaar in gesprek moesten krijgen. Ik ging naar alle ontmoetingsplekken zoals kerken, buurtcentra en sprak mensen aan. Zo haalden we vluchtelingen, jonge kunstenaars, Russische en Marokkaanse migranten en andere bewoners bij elkaar. We hielden er verhalentafels, mensen wilden hun verhalen delen. Er ontstaat er een theatrale dialoog tussen mensen die elkaar anders nooit tegen komen, ook al wonen ze in dezelfde wijk. Tussen de regels hoor je dat er veel meer gediscrimineerd wordt dan hier. Als je hier terug bent denk je: migranten hebben het hier goed.’
‘Het leuke van theater zoals wij dat maken, is dat het mensen van allerlei niveaus aanspreekt. Buurtbewoners, professionals en beleidsmakers kijken allemaal met een andere bril naar onze voorstellingen. Bewoners zijn vaak blij met de aandacht voor hun voorbeelden en hun dromen. Een van onze acteurs is de Egyptenaar Mahmoud. De hele Egyptische gemeenschap in Nederland komt op onze voorstellingen af omdat Mahmoud hun boegbeeld is. Het is hem gelukt om hun dromen en hun twijfels als migranten in dit land te vertolken.’
Het ZID Theater zoekt steeds de diversiteit, legt Karolina Spaic uit. ‘We zijn uitgenodigd op Kreta. Ook daar willen we met de ambassadeurs van de diverse groepen spelen, niet alleen met studenten. Dat werkt emanciperend, doordat ze meedoen krijgen ze het bewustzijn dat ze iets kunnen betekenen. Ze vertellen hun verhalen en worden sterker. Dat zie je ook bij de bewoners uit Bos en Lommer die meespeelden in ‘Liefde Nu’. Mensen hier uit de straat, die geen werk hebben, maar wel teksten schrijven voor de voorstelling. En vervolgens spelen ze die in een zaal met 500 man. Dan spelen bewoners dus de hoofdrol.’